Posts tonen met het label CBD-Project. Alle posts tonen
Posts tonen met het label CBD-Project. Alle posts tonen

vrijdag 22 april 2016

Medicinale wiet uit eigen tuin? Dat mag!



Ik zit achter mijn bureau te werken, als er ineens een melding via Facebook binnenkomt. ‘PLING’, zegt de computer. Dat gebeurt natuurlijk tientallen keren per dag. Maar dit keer is het een heel bijzonder bericht.

‘Het CBD Project maakt legale medicinale hennepteelt eenvoudig voor iedereen’, staat boven de link in het bericht. ‘Legale medische wiet, uit je eigen tuin?!’ Gaat automatisch door mijn hoofd. Onmiddellijk probeer ik uit te zoeken hoe het zit.

Het CBD-project blijkt dezelfde wettelijke bepaling te gebruiken die boeren vrijstelt van juridische consequenties. Boeren in Nederland telen al sinds mensenheugenis hennep op hun percelen. Van hennep kan je bijna alles maken: touw, jute, vogelzaad, veevoer, isolatiemateriaal, noem maar op. De hennepplant heeft honderden mogelijke toepassingen. Cannabis levert een veel grotere opbrengst dan alle andere gewassen. In het noorden van het land staat daarom ongeveer 6000 hectare legale hennep, schat diervoerproducent Agrifirm.

De wetenschappelijke wereld ontdekte in de afgelopen decennia dat cannabis medicinale toepassingen heeft. CBD (cannabidiol) is de stof uit hennep die een heilzame werking heeft. Inmiddels wordt CBD toegepast bij de behandeling van kanker, MS, Gilles de la Tourette, spierspasmen, epilepsie, slaapproblemen, artritis en nog vele andere ziekten. Voor patiënten heeft cannabidiol een extra voordeel: je wordt er niet stoned van. 

Bijna niemand gelooft dat CBD zo’n fantastische werking kan hebben. Iedereen associeert cannabis namelijk met criminaliteit en verdwaasde hippies. Maar vezelhennep is totaal ongeschikt om te roken. Je zou bijna acht hectare hennep moeten roken, voordat je een keer stoned wordt. In henneprassen die boeren gebruiken, zit bijna geen THC. Dat is de stof die blowers juist graag in hun wiet willen hebben. Van THC word je wel stoned. 

Het is voor politieagenten natuurlijk moeilijk om onderscheid te maken tussen legale hennep en illegale coffeeshopwiet. De Europese Commissie stelde daarom een lijst op van 52 rassen die geschikt zijn voor legale teelt. Het CBD Project geeft aan deelnemers maximaal 200 gratis hennepzaden van het ras Finola, dat ook is goedgekeurd. Planten van dat ras produceren grote hoeveelheden CBD in de vrouwelijke bloemen. Bovendien blijven de hennepplantjes laag bij de grond en is hun geur te verwaarlozen. Eventuele overlast wordt zo tot een minimum beperkt. De Algemene Inspectiedienst (AID) controleert met steekproeven of er niet stiekem wietplanten tussen de vezelhennep worden gezaaid.

Volgens de Directie Voorlichting van het Ministerie van Veiligheid en Justitie kom je niet in de problemen als je met het CBD Project meedoet. “Vezelhennep is onvergelijkbaar met hennep van de vrouwtjesplant die in de coffeeshop ligt”, schrijft de directie in een e-mail. Het Ministerie adviseert de lokale politie op de hoogte te stellen van legale hennepteelt. Op die manier kan er geen verwarring ontstaan.

Als een kind zo blij ga ik terug naar de website van het CBD Project. Voor 35 euro kan ik daar een licentie kopen. Nadat ik de licentie heb gekocht, krijg ik een startpakket opgestuurd. Daarin zit wat papierwerk -om te bewijzen dat dit geen illegale kweek is- en een envelop met 100 hennepzaadjes. Die avond kom ik maar moeilijk in slaap. Ik kan niet wachten tot ik eindelijk mijn eigen medicijn kan maken.

"Legale hennep staan wij niet toe"

Na een lang weekend werken kom ik op maandagmiddag thuis. Direct loop ik naar mijn postvakje. Daar ligt een envelop van het CBD Project op mij te wachten. Huppelend ren ik naar mijn kamer toe om de inhoud te bekijken.

In de envelop zit een kopie van mijn (online opvraagbare) licentie, een kennisgeving voor de lokale politie, wat kweektips, een bordje dat ik bij mijn perceel moet plaatsen en natuurlijk honderd hennepzaden. Ik gris de kennisgeving voor de politie mee en spring direct op mijn fiets.

Het politiekantoor in Hilversum is niet ver van mijn huis. Met een vriendelijke glimlach loop ik richting de baliemedewerkster. "Goedendag mevrouw, ik kom aankondigen dat ik legaal cannabis in mijn tuin ga kweken. Hier heeft u een schriftelijke aankondiging en een kopie van mijn licentie.” De vrouw aan de balie is toevallig ook ‘mijn’ wijkagent. Ze kijkt me onbegrijpend aan. “Euhm.. ja. Haha. Wat moet ik daar nou mee? Kan ik even een kopietje maken?”

Ze loopt met mijn papieren naar de naastgelegen ruimte. Enkele seconden later hoor ik het hele aanwezige korps bulderend lachen vanuit het kantoortje. Blijkbaar komt er niet elke dag iemand zoals ik langs. Zodra de wijkagent haar kopieën heeft gemaakt, komt ze terug aan de balie. Ze zegt dat ze niet zo goed weet wat ze met mijn papieren moet. “Kan ik je op een later moment terugbellen?” Vraagt ze daarom maar. Dat vind ik prima. Ik geef haar mijn ID-kaart, telefoonnummer en e-mailadres en pak de fiets weer richting huis.

Het duurt niet lang voordat mijn telefoon begint te rinkelen. Het is de wijkagent. “Ik heb zojuist met het hennepteam overlegd, en zij staan de legale kweek niet toe. We hebben eerder deze maand al een dergelijke casus gehad en daaruit volgde hetzelfde besluit. De Opiumwet is duidelijk: hennepteelt mag niet. Wij zullen daarop handhaven.”

Ik begin boos te worden. “Het hennepteam staat LEGALE hennep niet toe? Zijn jullie artikel 12 van het Opiumwetbesluit soms vergeten?” Bijt ik haar toe. Artikel 12 zegt duidelijk: “De verboden gelden niet voor hennep die kennelijk bestemd is voor de productie van vezel.” Het ras dat ik wil kweken is speciaal door de Europese Commissie geselecteerd, zodat het binnen die ontheffing valt. Maar de wijkagent wil haar juridische kennis niet met die van mij vergelijken. “Dan maakt u maar een afspraak met het hennepteam.”

Zoiets hoef je tegen een journalist niet twee keer te zeggen. Ik bel direct met 0900-8844 om een afspraak te maken. Nadat ik mijn verhaal heb gedaan zegt de dienstdoende telefonist zuchtend: “de politie Gooi- en Vechtstreek wil de Opiumwet tot op de letter navolgen. Ze erkennen het gedoogbeleid al jarenlang niet. Vroeger deed niemand moeilijk over een paar plantjes in de tuin.” Hij klinkt enthousiast over mijn voornemens en plant een afspraak voor de volgende dag in met Maayke Thijssen van het hennepteam.

Die ochtend ga ik zo vroeg als het kan naar het politiebureau. Maayke is nog een verdachte van (illegale) hennepkweek aan het verhoren, dus ik moet even wachten. Zodra ze aan de balie verschijnt, loop ik op haar af. Met een ferme handdruk stel ik me voor en ik overhandig al mijn papierwerk. Inmiddels heb ik een e-mailconversatie met het Ministerie van Veiligheid en Justitie bijgeleverd. Volgens het Ministerie kom ik ‘niet in de problemen’ door deze teelt.

Maayke lijkt onder de indruk van mijn vriendelijkheid. Ze neemt mijn papieren even mee naar haar kantoor om ze te bestuderen. In de tussentijd wacht ik in de ontvangstruimte. Na enkele minuten komt ze terug. Haar toon is beduidend anders dan die van de wijkagent. “Ik moet even goed uitzoeken hoe dit zit. Ik kan hier nu niet op reageren want ik wil geen dingen zeggen die niet kloppen. Maar het is belangrijk dat we hier antwoord op krijgen. Dan ontstaan er geen problemen met eventuele andere deelnemers van het CBD Project.”

Ik bedank haar voor haar tijd en ga weer terug naar huis. Laat Maayke het maar uitzoeken. Dan ziet ze vanzelf dat het Ministerie dit project toestaat en dat het hennepteam niet eens mag handhaven. Het lijkt slechts een kwestie van tijd voordat ze dat snapt.

Van vergroeide moestuin tot hennepperceel


Ik zit thuis te wachten op antwoord van de politie in Hilversum. Ondertussen kijk ik met een kritische blik naar mijn tuin. Op welke plek kan ik het beste mijn medicinale hennep laten groeien?


De onkruidplek
Ik woon in een prachtige -al zeg ik het zelf- monumentale pastorie in het centrum van Hilversum. Dat huis deel ik met negen andere bewoners. Ik ben de tuinman van onze woning. Mijn huisgenoten hebben niet echt groene vingers, om het zacht uit te drukken. Eigenlijk houden ze zich nooit bezig met welke plantjes ik in de grond steek. Als het er maar mooi uitziet. Maar toen ik hen vertelde over mijn hennepproject, reageerden ze allemaal enthousiast.

Mijn oog valt op een lelijke onkruidplek. Een oud-huisgenoot kreeg het houten moestuintje ooit voor haar verjaardag. Daarin stonden wat tomatenplanten, aardbeien, bieslook en sla. Sinds haar verjaardag heeft niemand er meer naar gekeken. Daardoor zagen gras en paardenbloemen hun kans de moestuin over te nemen. Dit is een van de meest zonnige plaatsen van onze tuin. De plek wordt omheind door een grote rodondendron, een meidoornboom en een struikje waarvan ik de naam niet weet. Ideaal voor mijn legale hennep. 

Er is grof geschut nodig om van de onkruidplek een hennepperceel te maken. Maar het is een zonnige en warme dag. Het is geen straf om daar een middagje te beunhazen. Ik ruk de houten constructie van het moestuintje weg, daar kan ik op een later moment mijn vuurkorf mee voeden. Vervolgens haal ik alle planten en hun wortels uit het stukje grond. Ik zie dat een paar aardbeienplanten de verwaarlozing hebben overleefd. Die transplanteer ik naar de stenen bloembak bij het raam van mijn huisgenoot Willem. 
Het hennepperceel met verplicht bordje

Mijn handen zijn zwart en ik zweet me een ongeluk. Maar het resultaat mag er zijn. De onkruidplek is veranderd in zaaigrond met voedzame en luchtige bodem. Als geen ander ken ik de behoeften van cannabisplanten. Mijn hennepzaadjes zullen hier zonder problemen hun volwassen leeftijd bereiken. Tevreden hamer ik het bordje, met verwijzing naar mijn licentie, de grond in.


Ik kan niet lang van het vernieuwde uitzicht genieten. Rusteloos bedenk ik me dat ik mijn verhuurder, de particuliere woningcorporatie Dudok Wonen, op de hoogte moet stellen van mijn hennepperceel. Eigenlijk wilde ik wachten op antwoord van de politie. Maar waarom zou ik? Dit is legaal, veroorzaakt geen overlast én biedt maatschappelijke voordelen. De kosten van onze verzorgingsstaat zouden immers veel lager zijn, als mensen medicijnen in hun eigen tuin maken. Wie kan daar nou tegen zijn?

Als je wiet wil dan koop je maar een huis



Ik moet het CBD Project bespreken met mijn woningcorporatie. Ik pak de benodigde papieren uit hun map en ga richting het kantoor van Dudok Wonen.

Aan de balie geef ik mijn Kennisgeving Hennepperceel 2016 af, op dezelfde manier als ik een paar dagen eerder bij het politiekantoor deed. Natuurlijk moet de secretaresse dit aan iemand anders doorspelen. De medewerker Incasso en Woonfraude, Martin Hordijk, komt opdraven om met mij te overleggen. Nouja, overleggen. Hij neemt me mee naar zijn kantoor om de Algemene Voorwaarden van het huurcontract uit te leggen.

De Algemene Voorwaarden zeggen: “Het is huurder niet toegestaan in het gehuurde, aanhorigheden of gemeenschappelijke ruimten, hennep te kweken, dan wel andere activiteiten te verrichten die op grond van de Opiumwet strafbaar zijn gesteld.” Vrijwel alle verhuurders nemen zo’n clausule op in hun huurcontracten. Dat is logisch, gezien het nationale beleid om wietkwekers zoveel mogelijk dwars te zitten. Maar mijn project is iets anders. Ik wil geen coffeeshopwiet maken. Het gaat hier om een kruidenextract dat als medicijn gebruikt kan worden. Volgens de Opiumwet is zoiets niet verboden.

Martin zegt dat het niet uitmaakt of mijn planten legaal zijn, of niet. “Ik vind dat je een nobel doel nastreeft. Maar onze Algemene Voorwaarden zijn duidelijk. Wij zullen een uitzettings- of ontruimingsprocedure starten als we hennepteelt constateren.” Martin vindt dat ik genoeg andere mogelijkheden heb om medi-wiet te kweken. “Je kan een volkstuin huren bijvoorbeeld”, zegt hij. Maar als ik dat via Dudok Wonen zou doen, dan waren de Algemene Voorwaarden alsnog van toepassing. “Dan koop je maar een huis”, is zijn reactie op mijn bezwaren.

Het is natuurlijk ridicuul om te denken dat iedereen zomaar een huis kan kopen. Laat staan een journalistiekstudentje met een bijbaan als freelance webredacteur. Volgens Martin zijn sommige koopwoningen goedkoper dan huurwoningen in de sociale sector. Maar geen enkele bank gaat mij een hypotheek verstrekken. Bovendien staat in de meeste hypotheekcontracten eenzelfde clausule over hennepkweek als in de Algemene Voorwaarden van Dudok Wonen. Wanneer je cannabis teelt in je koopwoning, moet je direct de hele hypotheek aflossen. Als dat niet lukt, wordt jouw huis ver beneden de aankoopwaarde op een veiling verkocht.

Het Ministerie van Veiligheid en Justitie zegt dat ik ‘niet in de problemen’ kom als ik met het CBD Project meedoe. Volgens de Opiumwet mag ik vezelhennep kweken. Maar als de overheid hennepteelt niet tegenhoudt, dan doen woningcorporaties en banken dat wel. Blijkbaar hebben we naast de politie, ook banken en verhuurders als handhavers van de rechtstaat. In mijn lesboeken over staatsinrichting heb ik dat nooit gelezen. Maar goed, iedereen ziet wel eens iets over het hoofd.

Drugsbezitters hebben geen recht op een woning, zo lijkt het. Burgemeesters doen vrolijk mee met die trend. Gemeenten kunnen een woning leegruimen, wanneer er meer dan een halve gram harddrugs in het huis wordt aangetroffen. Er hoeft niet eens sprake te zijn van overlast. Je kan een bank overvallen, een vrouw verkrachten of een moord plegen. In al die gevallen mag je je huis behouden. Je komt dan ook niet op een zwarte lijst bij woningcorporaties terecht, die ervoor zorgt dat je alleen nog bij huisjesmelkers kan huren. Mensen die iets met drugs te maken hebben moeten wél direct op straat komen te staan. Dat zal ze leren, vieze hippies.

vrijdag 15 april 2016

CBD is een medicijn voor iedereen


‘Waar heb je medi-wiet voor nodig dan?’ Vroegen verschillende mensen aan mij. Ik heb CBD ook niet per se nodig. Een paar weken terug vertelde mijn huisarts nog dat ik kerngezond ben.

Ik vertelde in een eerder blogbericht dat CBD een medicijn is tegen verschillende aandoeningen. Chronisch zieken ondervinden de meeste voordelen van medicinale cannabis. Cannabidiol helpt hun symptomen, in sommige gevallen drastisch, te verminderen. In andere gevallen maakt CBD constante pijn ineens veel draaglijker. Maar je zult helaas niet van je aandoening genezen door een paar keer wat druppels hennepolie te slikken.

Ik vraag me af of CBD misschien gevaarlijk is. Ik type ‘adverse health effects CBD’ in de zoekbalk van Google Scholar. Bij de resultaten staan allerlei onderzoeken naar recreatief gebruik van cannabis. Maar dat is iets anders. 

Uiteindelijk beland ik op het forum Quora, waar internetters over verschillende onderwerpen vragen kunnen stellen. Daar stuit ik op de reactie van Michael Backs, schrijver van het boek Cannabis Pharmacy. Backs lijkt een man te zijn die weet waar hij over praat. Op de vraag of CBD schadelijk is, antwoordt hij: “de enige negatieve bijwerking van CBD is dat het je wakker kan houden, wanneer je vlak voor bedtijd een dosis inneemt.” Ik probeer na te gaan of de reactie echt door Michael Backs is geschreven. Daar ziet het wel naar uit.

Voor de zekerheid bezoek ik de website van het Amerikaanse National Institute on Drug Abuse (NIDA). Het NIDA is speciaal opgericht om schadelijke effecten van drugs middels wetenschappelijk onderzoek op te sporen. Als er één instantie is die iets gevaarlijks weet te melden over CBD-extracten, dan is het wel het NIDA. Hun website heet niet voor niks drugabuse.gov.

Op de website van het NIDA kom ik een verbijsterend bericht tegen. De directeur, Nora Volkow, heeft vorig jaar juni de Amerikaanse senaat bijna gesmeekt om CBD uit de zogenaamde ‘Schedule One’ te halen. In dat deel van de Amerikaanse wet staan drugs die een hoge potentie voor misbruik hebben en vrijwel geen therapeutische effecten. Volgens de Amerikaanse wet is CBD dus heel gevaarlijk. Het NIDA zocht bevestiging van die stelling in 25 wetenschappelijke onderzoeken naar de (on)veiligheid van CBD. Maar de organisatie kon geen schadelijke effecten vinden. Zelfs Nora Volkow -niet echt een voorstander van legalisatie- kan alleen maar voordelen van CBD benoemen.

Nora weet in haar betoog een hoop positieve effecten op te sommen. CBD werkt tegen pijn, beroertes, ontstekingen, kanker, psychoses, stress, angstklachten en zelfs verslaving. Bijna iedereen kan dus baat hebben bij hennepolie. Natuurlijk moet er meer onderzoek gedaan worden naar de therapeutische waarde. Maar drugswetgeving maakt onderzoek naar verboden middelen juist heel moeilijk. Wetenschappers moeten aan allerlei speciale voorwaarden voldoen, voordat ze een ‘Schedule One drug’ mogen bestuderen. Waardevolle informatie over geneeskrachtige planten en stoffen blijft daarom moeilijk te ontdekken.

We leven in een vreemde wereld. Drugs worden verboden uit naam van de volksgezondheid. Want ja, onze jeugd ‘gaat kapot’ aan die duivelse middelen. Vervolgens komt er bewijs dat het groene kwaad juist niet gevaarlijk is. Die informatie wordt genegeerd. Iedereen wijst op de criminele status van de hennepplant. Criminelen die hennep kweken moeten keihard worden aangepakt, want zij veroorzaken huisbranden en jatten stroom. Ik kan het verkeerd begrepen hebben hoor. Maar is het dan niet juist een goed idee om gewone burgers veilige CBD in hun tuin te laten groeien?